Ontwikkelingsfases van puppy’s en honden

Vanaf dat een puppy wordt geboren, gaat een pup door verschillende ontwikkelingsfases. Eigenlijk begint dit zelfs voordat de puppy wordt geboren en zich ontwikkelt in de buik van de moederhond. Hun hele leven lang ontwikkelen ze zich op verschillende vlakken: op mentaal, fysiek, emotioneel, seksueel vlak, enzovoorts. We nemen kort de belangrijkste ontwikkelingsfases in het leven van een hond door.

Ontwikkelingsfases

Allereerst is het goed om te weten dat de leeftijd waar in de hond zich in een bepaalde  ontwikkelingsfase bevindt, kan verschillen per ras en per hond. De leeftijden die we per ontwikkelingsfase in dit artikel benoemen, zijn richtlijnen. Elke hond ontwikkelt zich anders en in een eigen tempo. Het is belangrijk dat je altijd kijkt naar de individuele pup of hond. In het onderstaande schema worden enkel belangrijke ontwikkelingsfases benoemd en een richtlijn die aangeeft op welke leeftijd zo’n ontwikkelingsfase ongeveer plaatsvindt.

OntwikkelingsfaseLeeftijd (richtlijn)
Prenatale faseVoor de geboorte
Neonatale fase1ste en 2de week
Overgangsperiode2de en 3de week
Bewustwordingsperiode3de en 4de week
Eerste socialisatiefase4 tot 12 weken
Tweede socialisatiefase12 weken tot 6 maanden
Prepuberteit13 tot 16 weken
Juveniele fase4 tot 6 maanden
Wegloopfase4 tot 8 maanden
Pubertijd6 tot 14 maanden
Tweede angstfase6 tot 14 maanden
Tweede pubertijd1 tot 3 jaar
Groei naar volwassenheid1 tot 3 jaar
Volwassenheid3 tot 7 á 9 jaar
OuderdomVanaf 7 jaar
Bron: Fox, 1964; Fox et al., 1968; Fox, 1968; Fox & Weisman, 1970; James & Canonnon 1952; Jones, 2007; Lord, 2012; Rheingold, 1963; Scott, 1958; Scott, 1968; Scott et al. 1974; Scott & Fuller, 1965; Scott & Marston 1950; Strain et al, 1991; Wells & Hepper, 2006. [1] [2] [3] [4] [5] [6] [7] [8] [9] [10] [11] [12] [13] [14] [15]

Prenatale fase

De prenatale fase vindt plaats voordat een hond geboren is. Tijdens de dracht van een moederhond begint de individuele gedragsontwikkeling van een puppy al. Met name de invloed van de moederhond is erg belangrijk. Los van erfelijke factoren, zijn er invloeden tijdens de dracht die bijdragen aan de gedragsontwikkeling van elke puppy. [16] [17] [18] Is de moeder bijvoorbeeld vaak gestrest tijdens de zwangerschap? Dan wordt het stresshormoon cortisol doorgegeven via het bloed aan de puppy’s. Dit beïnvloed hoe een puppy met stress omgaat tijdens de rest van zijn of haar leven. [19] Zo zijn er nog meer invloeden tijdens de prenatale fase die invloed hebben op de ontwikkeling van het gedrag van ongeboren puppy’s.

Neonatale fase: 1ste en 2de week

Nadat de puppy’s zijn geboren vindt de neonatale fase plaats gedurende de eerste twee weken in het leven van een puppy. De puppy’s worden doof en blind geboren en zijn volledig afhankelijk van hun moeder. Als de moederhond tijdens de geboorte overlijd of om een andere reden niet voor de puppy’s kan zorgen, kan de zorg overgenomen worden door een andere hond of door mensen. Het beste is uiteraard als de puppy’s verzorgd worden door de moederhond. De puppy’s zijn in deze fase vooral bezig met slapen, eten en warm blijven. Ze kunnen temperaturen, aanrakingen en smaak waarnemen. Als de honden gemiddeld 13 dagen oud zijn, gaan de ogen open. De verdere ontwikkeling van de ogen, maar ook de ontwikkeling van de oren vindt in de volgende periode plaats. [20] [21] [22] [23] [24] [25] [26]

Overgangsfase en bewustwordingsperiode: 2de en 3de week

Na de neonatale fase vindt de overgangsperiode plaats. Deze begint aan het einde van de 2de week en loopt door tot de 3de week in het leven van een puppy. Tijdens deze fase vindt de bewustwordingsperiode plaats. De overgangsfase begint als de puppy zijn ogen opent rond een leeftijd van 13 dagen. Dit is ook wanneer de puppy’s beginnen te leren lopen: dit begint met dat de puppy’s zelfstandig gaan bewegen. De overgangsfase eindigt als de oren open gaan. Gemiddeld gebeurt dit als puppy’s 19,5 dagen oud zijn. Zowel de ogen als oren zijn dan nog niet volledig ontwikkelt. Pas als ze ongeveer 25 dagen oud zijn kunnen puppy’s vormen waarnemen en is het gehoor goed ontwikkeld. [27] [28] Tijdens deze fase leert de puppy veel van zijn moeder en nestgenoten.

De overgangsfase staat voor de overgang van de neonatale fase naar de eerste socialisatiefase. Gemiddeld genomen start deze fase dus als puppy’s 13 dagen oud zijn en eindigt deze fase als ze gemiddeld 19,5 dagen oud zijn. [29] [30]

Eerste socialisatiefase: 4 tot 12 weken

Na de overgangsfase komen puppy’s in de eerste socialisatiefase. Dit wordt ook wel de gevoelige periode genoemd. Er wordt vaak gezegd dat de eerste socialisatiefase ongeveer plaatsvindt als de puppy’s 4 tot 12 weken [31] [32] [33] [34] [35] [36] [37] [38] [39] [40] [41] [42] [43] [44] [45] oud zijn. Andere onderzoekers stellen dat het in feite begint in de 3e week van het leven van de pup, namelijk als ze 19,5 dag oud zijn.

Tijdens deze fase gebeurt er heel veel. Rond 6 weken zijn de ogen van puppy’s volledig ontwikkeld. Tussen de 4 en 8 weken zullen puppy’s nieuwsgierig op nieuwe voorwerpen en situaties afstappen en deze onderzoeken. [46] [47] [48] [49] [50] [50] [52] [53] [54]
Sociaal contact maken met mensen, andere honden en andere dieren is heel erg belangrijk in deze fase. Als je meer wilt weten over het socialiseren van puppy’s, raden we je het artikel ‘Socialiseren van je pup: hoe doe je dat?’ aan.

Vanaf 4 weken zal een puppy vermijding beginnen te laten zien richting onbekende voorwerpen en situaties. De natuurlijke vluchtneiging ontwikkelt zich. Rond 8 weken start de eerste angstfase. Net als de eerste en een tweede socialisatiefase, gaan honden ook door twee angstfases heen.

Eerste angstfase: 8 tot 11 weken

De eerste angstfase kan tussen de 8 en 11 weken beginnen. Tijdens deze fase zijn de hersenen zo geprogrammeerd dat ze angst koppelen aan nare ervaring. Dit is vaak de leeftijd waarop puppy’s van hun moeder en nestgenoten worden gescheiden en verhuizen naar hun nieuwe huis.

Tweede socialisatie fase, prepubertijd, wegloopfase en juveniele fase: 12 weken tot 6 maanden

Vanaf 12 weken tot 6 maanden volgt een tweede socialisatiefase, waarin socialiseren erg belangrijk blijft. Vanaf 12 weken starten puppy’s met het wisselen van de tanden en dit duurt totdat de puppy’s ongeveer 7 maanden oud zijn. Het blijvende gebit komt door.

Rond een leeftijd van 13 weken start ook de prepuberteit en dit duurt ongeveer totdat ze 16 weken oud zijn. Tijdens de prepuberteit gaan de jonge honden steeds meer grenzen verkennen.

Na de prepuberteit start de wegloopfase. Deze kan vanaf 16 weken beginnen, maar dit kan erg verschillen per puppy. Tijdens de wegloopfase ontwikkeld de reuk van de hond zich steeds meer en hebben de jonge pups steeds meer de neiging hun neus achterna te gaan. Soms ruiken ze iets en worden ze hier zo door in beslag genomen, dat ze hun neus achterna lopen. Ze vergeten de eigenaar en lopen weg. Het verschilt flink per puppy in hoeverre mensen hier iets van merken. De ene puppy loopt vrij veel weg, terwijl je bij de andere puppy nauwelijks iets zal merken van de wegloopfase. De wegloopfase kan totdat de hond 8 maanden oud is duren.

Ondertussen start vanaf 16 weken ook de juveniele fase. Deze fase eindigt als de puppy geslachtsrijp is. Het verschilt per puppy wanneer ze geslachtsrijp zijn: dit kan rond 4 maanden zijn, maar ook rond 6 tot 8 maanden. Ze zijn dan seksueel volwassene, maar mentaal en lichamelijk nog niet.

Puberteit, tweede angstfase & groei naar volwassenheid: 6 maanden tot 3 jaar

Rond 6 maanden eindigt de tweede socialisatiefase. Rond deze leeftijd gemiddeld begint de puberteit bij honden. Tijdens de puberteit vindt er een hormonale piek plaats bij de jonge honden. Ondertussen gaan ze ook door de tweede angstfase, waarin de honden weer gevoeliger zijn voor angstige ervaringen. Vanaf 12 maanden gaan ze ook de tweede pubertijd in en begint de groei naar volwassenheid. De tweede puberteitsfase duurt totdat de hond volwassen is geworden. Al die tijd groeit het lichaam van de puppy en is het aanbevolen om de eerste 12 maanden voorzichtig om te gaan qua bewegingen. [56] Het skelet zal volgroeid zijn als de hond tussen de 12-24 maanden is.

Volwassenheid en ouderdom: vanaf 3 jaar

Rond 18 maanden zijn honden in het algemeen sociaal volwassenen in hun gedrag. Rond de leeftijd van 2 á 3 jaar zijn honden in het algemeen volwassene. Zowel mentaal, lichamelijk, emotioneel, sociaal en seksueel zijn de honden volledig ontwikkeld tot een volwassene hond.

Vervolgens vindt de volgende fase plaats in de levenscyclus van een hond. In deze fase wordt een hond senior. De ouderdomsfase start gemiddeld als honden 7 tot 9 jaar oud zijn, maar het kan ook eerder of later. Honden die bijvoorbeeld intens aan hondensport hebben gedaan, kunnen soms op een leeftijd van 6 jaar al in de ouderdomsfase belanden. Grote hondenrassen worden gemiddeld ook eerder senior dan kleine hondenrassen. Ze worden gemiddeld ook minder oud dan kleine hondenrassen. Tijdens de ouderdomsfase kan het gedrag van je hond veranderen, door bijvoorbeeld lichamelijke veranderingen of pijn. De levenscyclus van de hond wordt afgesloten met het overlijden van de hond.

Samenvattend

Samenvattend blijkt dat de levenscyclus van een hond begint voordat ze worden geboren. Tijdens de dracht van een moederhond begint de prenatale fase van een puppy. Na de geboorte gaat een pup door verschillende ontwikkelingsfases. Het begint bij de neonatale fase, de overgangsfase en de bewustwordingsperiode. Daarnaast vindt zowel de eerste en de tweede socialisatiefase, als de eerste en tweede angstfase plaats. Ondertussen vindt ook de prepubertijd  wegloopfase, juveniele fase, puberteit en groei naar volwassenheid plaats. Vervolgens worden de honden volwassenen en als laatste komen ze in de ouderdomsfase. Honden ontwikkelen zich hun hele leven lang op mentaal, fysiek, emotioneel, sociaal, seksueel vlak, enzovoorts. Natuurlijk kunnen er nog meer ontwikkelingsfases worden onderscheiden, maar in dit artikel trachten we de belangrijkste ontwikkelingsfases in het leven van een hond te bespreken.

Bronvermelding

Tijdens het schrijven van dit artikel zijn de volgende bronnen gebruikt:

  1. Fox, M.W., (1964). The ontogeny of behaviour and neurologic responses in the dog. Animal Behaviour 12, 301-310. https://doi.org/10.1016/0003-3472(64)90016-8
  2. Fox, M.W., Inman, O. & Glisson, S. (1968). Age differences in central nervous effects of visual deprivation in the dog. The Quarterly Review of Biology 1, 48-54.
  3. Fox, M.W. (1968). Neuronal Development and evoked ontogeny potentials in auditory and visual cortex of the dog. Electroencephalography and Clinical Neurophysiology. 24 (3). 213-226. https://doi.org/10.1016/0013-4694(68)90002-3
  4. Fox, M.W., & Weisman, R., (1970). Development of responsiveness to a social releaser in the dog: effects of age and hunger. Developmental Psychobiology, 2(4), 277-280. https://doi.org/10.1002/dev.420020414
  5. James, W.T., & Cannon, D.J., (1951). Conditioned Avoiding Response in Puppies. American Journal of Physiology-Legacy Content, 168(1), 251-253. https://doi.org/10.1152/ajplegacy.1951.168.1.251
  6. Jones, A. C. (2007). Sensory development in puppies (Canis lupus f. familiaris): Implications for improving canine welfare. Animal Welfare, 16(3), 319–329.
  7. Lord, K. (2013). A Comparison of the Sensory Development of Wolves (Canis lupus lupus) and Dogs (Canis lupus familiaris). Ethology, 119 (2), 110-120. https://doi.org/10.1111/eth.12044
  8. Rheingold, H. L. (Ed.). (1963). Maternal behavior in mammals. Wiley.
  9. Scott, J. P. (1958). Critical periods in the development of social behavior in puppies. Psychosomatic Medicine, 20, 42–54. https://doi.org/10.1097/00006842-195801000-00005
  10. Scott, J.P., (1968). Early Experience and The Organization of Behaviour. Brooks/ Cole Publishing Co.
  11. Scott, J.P., & Fuller, J.L. (1965). Genetics and the social behavior of the dog. University of Chicago Press: Chicago.
  12. Scott, J. P., Stewart, J. M., & de Ghett, V. J. (1974). Critical periods in the organization of systems. Developmental Psychobiology, 7(6), 489-513. https://doi.org/10.1002/dev.420070602
  13. Scott, J. P., & Marston, M.-V. (1950). Critical periods affecting the development of normal and mal-adjustive social behavior of puppies. The Pedagogical Seminary and Journal of Genetic Psychology, 77, 25–60. https://doi.org/10.1080/08856559.1950.10533536
  14. Strain, G.M., Tedford, B.L., & Jackson, R.M., (1991). Postnatal development of the brain stem auditory-evoked potential in dogs. American Journal of Veterinary Research, 52(3), 410-5.
  15. Wells, D. L., & Hepper, P. G. (2006). Prenatal olfactory learning in the domestic dog. Animal Behaviour, 72(3), 681–686. https://doi.org/10.1016/j.anbehav.2005.12.008
  16. Denenberg, V. H., & Smith, S. A. (1963). Effects of infantile stimulation and age upon behavior. Journal of Comparative and Physiological Psychology, 56(2), 307–312. https://doi.org/10.1037/h0041461
  17. Thompson, W. R. (1957). Influence of prenatal maternal anxiety on emotionality in young rats. Science, 125, 698–699. https://doi.org/10.1126/science.125.3250.698
  18. Thompson, W. R., Watson, J., & Charlesworth, W. R. (1962). The effects of prenatal maternal stress on offspring behavior in rats. Psychological Monographs: General and Applied, 76(38), 1–26. https://doi.org/10.1037/h0093913
  19. Hinde. R.A. (1970). Animal Behaviour: A Synthesis of Ethology and Comparative Psychology. New York.
  20. Jones, A. C. (2007). Sensory development in puppies (Canis lupus f. familiaris): Implications for improving canine welfare. Animal Welfare, 16(3), 319–329.
  21. Lord, K. (2012). A Comparison of the Sensory Development of Wolves (Canis lupus lupus) and Dogs (Canis lupus familiaris). Ethology, 119 (2), 110-120. https://doi.org/10.1111/eth.12044
  22. Scott, J. P. (1958). Critical periods in the development of social behavior in puppies. Psychosomatic Medicine, 20, 42–54. https://doi.org/10.1097/00006842-195801000-00005
  23. Scott, J.P., (1968). Early Experience and The Organization of Behaviour. Brooks/ Cole Publishing Co.
  24. Scott, J.P., & Fuller, J.L. (1965). Genetics and the social behavior of the dog. University of Chicago Press: Chicago.
  25. Scott, J. P., Stewart, J. M., & de Ghett, V. J. (1974). Critical periods in the organization of systems. Developmental Psychobiology, 7(6), 489-513. https://doi.org/10.1002/dev.420070602
  26. Strain, G.M., Tedford, B.L., & Jackson, R.M., (1991). Postnatal development of the brain stem auditory-evoked potential in dogs. American Journal of Veterinary Research, 52(3), 410-5.
  27. Jones, A. C. (2007). Sensory development in puppies (Canis lupus f. familiaris): Implications for improving canine welfare. Animal Welfare, 16(3), 319–329
  28. Scott, J.P., & Fuller, J.L. (1965). Genetics and the social behavior of the dog. University of Chicago Press: Chicago.
  29. Jones, A. C. (2007). Sensory development in puppies (Canis lupus f. familiaris): Implications for improving canine welfare. Animal Welfare, 16(3), 319–329.
  30. Scott, J.P., & Fuller, J.L. (1965). Genetics and the social behavior of the dog. University of Chicago Press: Chicago.
  31. Ashmead, D. H., Clifton, R. K., & Reese, E. P. (1986). Development of auditory localization in dogs: Single source and precedence effect sounds. Developmental Psychobiology, 19(2), 91–103. https://doi.org/10.1002/dev.420190202
  32. Fox, M.W., (1964). The ontogeny of behaviour and neurologic responses in the dog. Animal Behaviour 12, 301-310. https://doi.org/10.1016/0003-3472(64)90016-8
  33. Fox, M.W. (1968). Neuronal Development and evoked ontogeny potentials in auditory and visual cortex of the dog. Electroencephalography and Clinical Neurophysiology. 24 (3). 213-226. https://doi.org/10.1016/0013-4694(68)90002-3
  34. Fox , M.W., Inman, O., & Glisson, S. (1968). Age differences in central nervous effects of visual deprivation in the dog. Developmental Psychobiology, 1(1), 48-54. https://doi.org/10.1002/dev.420010110
  35. Fox, M.W., & Weisman, R., (1970). Development of responsiveness to a social releaser in the dog: effects of age and hunger. Developmental Psychobiology, 2(4), 277-280. https://doi.org/10.1002/dev.420020414
  36. James, W.T., & Cannon, D.J., (1951). Conditioned Avoiding Response in Puppies. American Journal of Physiology-Legacy Content, 168(1), 251-253. https://doi.org/10.1152/ajplegacy.1951.168.1.251
  37. Jones, A. C. (2007). Sensory development in puppies (Canis lupus f. familiaris): Implications for improving canine welfare. Animal Welfare, 16(3), 319–329.
  38. Rheingold, H. L. (Ed.). (1963). Maternal behavior in mammals. Wiley.
  39. Scott, J. P., & Marston, M.-V. (1950). Critical periods affecting the development of normal and mal-adjustive social behavior of puppies. The Pedagogical Seminary and Journal of Genetic Psychology, 77, 25–60. https://doi.org/10.1080/08856559.1950.10533536
  40. Scott, J. P. (1958). Critical periods in the development of social behavior in puppies. Psychosomatic Medicine, 20, 42–54. https://doi.org/10.1097/00006842-195801000-00005.
  41. Scott, J.P., (1968). Early Experience and The Organization of Behaviour. Brooks/ Cole Publishing Co.
  42. Scott, J.P., & Fuller, J.L. (1965). Genetics and the social behavior of the dog. University of Chicago Press: Chicago.
  43. Scott, J. P., Stewart, J. M., & de Ghett, V. J. (1974). Critical periods in the organization of systems. Developmental Psychobiology, 7(6), 489-513. https://doi.org/10.1002/dev.420070602
  44. Strain, G.M., Tedford, B.L., & Jackson, R.M., (1991). Postnatal development of the brain stem auditory-evoked potential in dogs. American Journal of Veterinary Research, 52(3):410-5
  45. Wells, D. L., & Hepper, P. G. (2006). Prenatal olfactory learning in the domestic dog. Animal Behaviour, 72(3), 681–686. https://doi.org/10.1016/j.anbehav.2005.12.008
  46. Cairns, R.B. & Werboff, J., (1967). Behaviour development in the dog: An interspecific analysis. Science, 158(3804), pp. 1070-1072.
  47. Fox, M.W., & Stelzner, D. (1966). Behavioural effects of differential early experience in the dog. Animal Behaviour, 14(2), 273-81. https://doi.org/10.1016/S0003-3472(66)80083-0
  48. Fox, M.W., & Stelzner, D. (1966). Approach/withdrawal variables in the development of social behaviour in the dog. Animal Behaviour, 14(2-3), 362-366. https://doi.org/10.1016/S0003-3472(66)80098-2
  49. Freedman, D.G., King, J.A., & Elliot, O., (1961). Critical period in the social development of dogs. Science, 31,133 (3457):1016-7. https://doi.org/10.1126/science.133.3457.1016
  50. Hess, E. H. (1959). Imprinting. Science, 130, 133-141. https://doi.org/10.1126/science.130.3368.133
  51. Lord, K., (2012). A Comparison of the Sensory Development of Wolves (Canis lupus lupus) and Dogs (Canis lupus familiaris). Ethology, 119(2), 110-120. https://doi.org/10.1111/eth.12044
  52. Scott, J. P., & Marston, M.-V. (1950). Critical periods affecting the development of normal and mal-adjustive social behavior of puppies. The Pedagogical Seminary and Journal of Genetic Psychology, 77, 25–60. https://doi.org/10.1080/08856559.1950.10533536
  53. Scott, J.P., & Fuller, J.L. (1965). Genetics and the social behavior of the dog. University of Chicago Press: Chicago.
  54. Wright, J. C. (1983). The effects of differential rearing on exploratory behavior in puppies. Applied Animal Ethology, 10(1-2), 27–34. https://doi.org/10.1016/0304-3762(83)90109-8
  55. https://pawfive.nl/artikelen/socialisatie-van-je-pup-hoe-doe-je-dat/
  56. https://fromthepurityoflotus.nl/fotos-ontwikkeling-skelet-pup/