Hondentaal [Begrijpen & Spreken]

Veel mensen beseffen het niet, maar hun kunnen wel degelijk ‘praten.’ Dat doen ze uiteraard niet zoals mensen door middel van woorden. Om te communiceren gebruiken honden lichaamstaal. Hierbij maken ze gebruik van hun lichaam. Denk aan o.a. lichaamshouding, mimiek, ogen, bek, oren, staart, vacht, geur en spierspanning. Daarnaast zetten ze gedrag en geluiden in om te communiceren. Hond vertellen zelfs veel, als je hondentaal leert begrijpen.

Honden communiceren door middel van lichaamstaal. Hierbij maken ze gebruik van hun:

  • Lichaamshouding
  • Lichaam*
  • Gedrag
  • Stress signalen
  • Geluiden

*Honden vertellen veel met hun mimiek, ogen, bek, oren, staart, vacht, geur en spierspanning.

Elementen van lichaamstaal

Om hondentaal te leren begrijpen zal je iets moeten weten over al die elementen en wat ze betekenen. Daarna zal je kijken naar alle elementen samen om te begrijpen wat de hond vertelt. Als je alles weet van lichaamshoudingen, maar onbekend bent met de stress signalen en de betekenis van geluiden die honden maken, zal je onvoldoende begrijpen wat de hond zegt. De kans is groot dat je vaak de verkeerde conclusie zal trekken. Eén element zegt namelijk onvoldoende. Het is dan alsof je op basis van één puzzelstukje een conclusie trekt over hoe de hele puzzel eruit ziet. Je hebt alle puzzelstukjes nodig om een duidelijk beeld te krijgen.

Context

Daarnaast is context ook belangrijk om te begrijpen wat een hond zegt. Met context wordt bedoeld: de totale omgeving waarin iets zijn betekenis krijgt. Dit betekent dat je pas een conclusies kan trekken over de lichaamstaal van een hond, als je rekening houdt met de omgeving waarin de hond zich bevindt. Een simpel voorbeeld is bijvoorbeeld een bibberende hond. Bibberen en trillen kan vele betekenissen hebben. Honden kunnen bibberen als ze het koud hebben, als ze erg bang zijn of een situatie erg spannend vinden.

Bibbert deze hond van de kou of omdat hij het spannend vindt dat de mensen over hem heen hangen?

Om te bepalen wat het bibberen betekent kijk je natuurlijk eerste naar alle andere puzzelstukjes: de houding van de hond, de rest van zijn lichaam (hoe staan de oren, staart, ogen, bek etc.), zijn gedrag en stress signalen. Maakt de hond geluiden of niet? Dit kan al heel veel vertellen over welke betekenis het bibberen heeft. Daarnaast bekijk je de context. Is het een kortharige hond die al een tijdje in de sneeuw staat? Dan is de kans groot dat het bibberen (deels) te maken heeft met kou. Begint de hond te trillen als hij in een warme auto gezet wordt? Dan is de kans groot dat hij het erg spannend vindt om in de auto te gaan.

In dit artikel bespreken we een aantal elementen van hondentaal in het kort.

Lichaamshouding

Een van de eerste dingen waar je op kan letten is de houding van een hond.[4] De houdingen van honden worden ingedeeld in de categorieën: neutraal, neutraal alert, (extreem) laag, lager dan neutraal, (extreem) hoog en hoger dan neutraal zijn.

Neutrale houding

Neutrale houdingEen neutrale houding is de houding die een hond heeft als hij volledig ontspannen staat. Voor elke hond en ras is dit weer anders.[4] De honden staan rechtop, maar de oren en staart kunnen verschillen. Sommige honden hebben een staart die (half) naar beneden hangt als ze ontspannen zijn. Sommige honden hebben van nature een staart die rechtop staat: ook als ze ontspannen zijn. Als je wilt weten wat de neutrale houding van jouw hond is, bekijk je hond dan eens een keer uitgebreid als ontspannen staat. Het kan interessant zijn om hier een foto van te maken en het rustig te bekijken. Hoe staan of hangen de oren? Hoe ziet de staart eruit?

Neutraal alerte houding

Neutraal alerte houdingDe neutraal alerte houding is de houding die honden aannemen als ze iets hebben opgemerkt wat hun aandacht trekt. Soms zien ze iets, of ruiken ze iets, of horen ze iets of een combinatie hiervan. Ze worden alert. De oorzaak van de prikkel en het karakter van de hond bepalen of de houding van de hond zelfverzekerdheid uitstraalt of niet. Een alerte houding kan je herkennen doordat de hond rechtop staat en redelijk stil staat. De hond kijkt gefocust naar iets kijkt of kijkt enigszins zoekend om zich heen. De hond onderzoekt of de prikkel iets is wat een mogelijke bedreiging vormt of dat er niks aan de hand is. Op basis van de conclusie van de hond zal er daarna gedrag passend gedrag ingezet worden. Bij een bedreiging zal de hond bijvoorbeeld kunnen gaan blaffen, wegrennen of er juist op af gaan. Is het geen bedreiging zal de hond ontspannen of bijvoorbeeld speels gedrag inzetten.

Lage houding

(extreem) lage houdingDe (extreem) lage houding zie je als de hond door zijn poten zakt, het lichaam, de staart omlaag brengt en de oren naar achteren gaan. Natuurlijk zijn er honden waarbij de stand van de oren vrij lastig is af te lezen, bijvoorbeeld als ze hangoren hebben. Toch kan je vaak als je heel goed kijkt toch veranderingen zien aan de oren. Ook zijn er honden die hun staart niet volledig naar beneden kunnen brengen, vanwege hun lichaamsbouw. Toch zal je ook dan vaak een verschil kunnen zien in de hoogte van de staart, ten opzichte van de neutrale houding. Honden gaan in een extreem lage houding als ze bang zijn. Gaan de oren plat naar achteren en/of gaat de staart tussen de benen? Dan is de hond erg bang. Vaak wordt het lichaamsgewicht ook naar achteren verplaatst.

Daarnaast heb je een lager dan neutrale houding, waarbij de hond alles laag houdt op één ding na. Bijvoorbeeld: het lichaam is laag, de staart is laag maar de oren staat omhoog. Of het lichaam is laag, de oren zijn naar achteren en omlaag gedrukt, maar de start staat (half)hoog. Ook dit heeft weer zijn eigen betekenis.[4]

Hoge houding

(extreem) hoge houdingDe (extreem) hoge houding is een houding waarbij de hond recht op de poten staat. Het lichaam wordt recht omhoog gehouden en soms leunt de hond hierbij wat naar voren. De oren en staart staan ook omhoog (indien de hond dit kan). Dit is een houding die honden aannemen in situaties waarin ze zich zelfverzekerd voelen.

De hoger dan neutrale houding zien we veel meer dan de extreem hoge houding. Hierbij is het lichaam vaak hoog, maar staan de oren óf de staart (half)laag.[4] Dit laat zien dat de hond zich grotendeels zelfverzekerdheid voelt, maar toch enige vorm van onzekerheid ervaart in de situatie.

Zoals je wellicht is opgevallen, kijk bij de lichaamshouding eigenlijk niet alleen naar de houding van het lichaam. Je neemt de stand van de oren en staart mee in het beoordelen van de houding van de hond.

Lichaam en gedrag

Kijk daarnaast naar andere lichaamstaal van de hond. Dit valt niet alleen onder lichaamstaal, maar ook onder gedrag. Gedrag wordt wel eens omschreven als ‘alle uiterlijk waarneembare spier- en klieractiviteiten.’ Bekijk het lichaam van de hond en tegelijkertijd het hondengedrag.

Zoals eerder besproken kan de stand van de oren en de staart je al een heleboel vertellen. Bekijk ook de mimiek, oftewel de gezichtsuitdrukking, van de hond. Let op de ogen van de hond en waar de hond naar kijkt. Fixeert de hond of kijkt hij juist weg? Heeft de hond een gespannen of ontspannen blik? Zien we ‘harde’ ogen of ‘zachte’ ogen? Dit heeft allemaal een andere betekenis.[1] [3] [4] [6]

Hoe ziet de bek eruit? Is de bek open of gesloten? Zijn de lippen ontspannen, gespannen, opgetrokken of naar achter getrokken? Hijgt de hond veel of niet? Hijgen kan verschillende betekenissen hebben. Let ook op of je spierspanning ziet of niet. Kijk ook naar de vacht van de hond: is de hond bijvoorbeeld aan het borstelen?[1] [3] [4] Bij langharige en ruwharige honden is de spierspanning uiteraard niet of nauwelijks waarneembaar. Ook is borstelen dan niet of nauwelijks te zien. Dit kan het soms lastiger maken om de hond te ‘lezen.’

Daarnaast communiceren honden door middel van geur. Dat is voor mensen lastiger om te waarnemen. Echter honden onderling halen veel informatie uit elkaars geuren.

Natuurlijk zijn er nog veel meer gedragingen die honden inzetten om te communiceren. Het zijn er teveel om uitgebreid te bespreken. Maar denk bijvoorbeeld aan honden die tegen je aan komen liggen, achter je benen schuilen, likken, liefdesbeetjes geven, uitvallen, prooivanggedrag en nog veel meer.[5]

Stress signalen

Stress signalen worden ook wel een spanningssignalen genoemd. Ze geven aan dat een hond stress en spanning ervaart in een bepaalde situatie. Er zijn diverse stress signalen, bijvoorbeeld trillen, hijgen en borstelen.[3] [4] Hierover valt nog veel meer te vertellen, maar dat is teveel voor dit artikel. In de toekomst zal PawFive naar alle waarschijnlijkheid een geheel artikel wijden aan stress signalen.

Geluiden

Honden communiceren natuurlijk niet met woorden, zoals mensen. Toch communiceren ze wel degelijk door het maken van geluiden. Zo kunnen honden verschillende dingen vertellen aan andere honden en aan mensen. Denk aan geluiden zoals piepen, janken, huilen, blaffen, grommen, gromblaffen, klappertanden, blazen en zuchten.[1] [3] [4] Heb je bijvoorbeeld een hond die veel blaft of een hond die lang blijft blaffen? Of vraag je je af: waarom piept een puppy of hond? Of waarom begint mijn hond ineens te janken? Dit kan allemaal verschillende oorzaken en betekenissen hebben.[1] [2] [3] [4] Geluiden kunnen in verschillende tonen worden geproduceerd. Daarnaast kan je letten op hoe vaak, hoe lang en wanneer een geluid wordt gemaakt. 

Hondentaal begrijpen, maar ook spreken?

We hebben het kort gehad over het begrijpen van hondentaal. Daarnaast leren honden een heleboel over mensentaal. Zo leren ze bijvoorbeeld onze lichaamstaal aflezen en kunnen ze bepaalde woorden en betekenissen aanleren. Denk aan bijvoorbeeld de woorden zit, af, bal en nog veel meer.

Maar zouden wij mensen nou ook hondentaal kunnen spreken? Is het niet interessant om je af te vragen of je tegen je hond zou kunnen praten in ‘zijn’ taal. Natuurlijk zal geen enkel mens ooit vloeiend hondentaal leren spreken. Wij zijn geen honden, denken niet exact hetzelfde als honden, hebben geen hondenlichaam en zullen bepaalde dingen niet kunnen. Mensen kunnen simpelweg niet borstelen en ook ons blaffen klinkt toch echt heel anders dan een hondenblaf. Maar hoe meer je zal leren over hondentaal, hoe meer je zal merken dat je soms ongemerkt gaat communiceren in een vorm van hondentaal. Voorbeelden hiervan zijn: niet recht op een hond aflopen, maar in een boog. Of een hond niet recht aankijken. Of bewust gapen of extra met ogen knipperen om duidelijk te maken dat je geen bedreiging vormt. Het klinkt een beetje gek, maar het wordt vaker gedaan dan je denkt. Zeker hondenprofessionals maken gebruik van hun kennis van hondentaal om een band met een hond te creëren. Of bijvoorbeeld om een bange hond gerust te stellen.

Waarom zou ik hondentaal moeten leren?

Het is aan ons mensen om de hondentaal te leren begrijpen, zodat er minder ruimte is voor miscommunicatie tussen mensen en honden. Dit kan de band tussen mensen en hond verbeteren en verdiepen. PawFive raadt iedereen die een hond heeft of met honden werkt om je te verdiepen in hondentaal. Het kan zoveel voordelen brengen:

  • Meer begrip voor je hond en een betere onderlinge band 
  • Meer rust en minder frustratie bij mensen (en honden)
  • Betere samenwerking met je hond en het helpt je je hond beter trainen
  • Bijtincidenten voorkomen en verminderen
  • En nog veel meer

In een ideale wereld zouden alle kinderen op jonge leeftijd wat lessen krijgen over algemene hondentaal. We zouden allemaal leren hoe we honden wel en niet moeten benaderen. We zouden leren wat honden over het algemeen wel en niet leuk vinden. Hoe kan je ze het beste aaien, hoe en wanneer kan je samen spelen? Hoe zie je of een hond iets wel of niet leuk vindt? Dit zien wij als een essentiële basisinformatie die wij elk hondenbaasje en elke hond gunnen. Daarnaast is dit basiskennis die we alle huidige eigenaren toewensen. En niet alleen alle eigenaren, maar we gunnen alle honden baasjes en verzorgers toe die ze optimaal begrijpen.

Samenvattend

In dit artikel geven we een introductie in het onderwerp hondentaal. We hebben kort gehad over lichaamshoudingen, lichaamstaal, gedrag, stress signalen en geluiden. Er is natuurlijk nog veel meer te leren over dit onderwerp. Wil je bepaald gedrag begrijpen? Weten wat een speelboog is, hoe een nieuwsgierige hond kijkt, wat een open en gesloten bek zegt over de emoties van de hond? Welke staartkwispels zijn er allemaal en wat betekenen ze zou eigenlijk? Wat zegt de hoogte van de staart nog meer? Wat is het verschil tussen speels grommen en agressief grommen? Hoe herken je dat verschil? Waarom piepen en janken honden en welke betekenissen kan dit hebben? Wat betekent het blaffen van een hond en welke verschillende vormen van blaffen zijn er allemaal? Waarom komt een hond tegen je aan liggen?

Kortom, wil je meer leren over hondentaal? Neem eens een kijkje bij onze Workshop Hondentaal.

Bronvermelding

Tijdens het schrijven van dit artikel zijn de volgende bronnen gebruikt:

  1. Bailey, G. (2002). Wat denkt mijn hond? Baarn, Nederland: Tirion Uitgevers B.V.
  2. Czerwinski, V., Hynd, P.I., Smith, B.P., & Hazel, S. (2014). Maternal care differs between litters of labradors: A pilot study. Journal of Veterinary Behavior Clinical Applications and Research  9(6):16-17. https://doi.org/10.1016/j.jveb.2014.09.056
  3. Gaus, M., Gaus, S. (2013). Hondentaal is lichaamstaal. Utrecht, Nederland: Kosmos Uitgevers.
  4. Gootjes, N., Gaus, S. (2005). Begrijp ik mijn hond? ’s-Graveland, Nederland: Fontaine Uitgevers B.V.
  5. Mehrkam, L. R., & Wynne, C. D.L. (2014). Behavioral differences among breeds of domestic dogs (canis lupus familiaris): Current status of the science. Applied Animal Behaviour Science, 155, 12–27. https://doi.org/10.1016/j.applanim.2014.03.005
  6. Schenkel, R. (1967). Submission: Its Features and Function in the Wolf and Dog. American Zoologist7(2): 319-329. https://doi.org/10.1093/icb/7.2.319

Socialisatie van je pup: Hoe doe je dat?

Een belangrijk onderdeel van het opvoeden van je puppy is het socialiseren. Puppy’s gaan door twee socialisatiefases en alles wat ze dan leren heeft effect op de rest van hun leven. Slechte socialisatie kan leiden tot gedragsproblemen op latere leeftijd. Door je puppy goed te socialiseren help hem opgroeien tot een stabiele, gelukkige hond.

Wat is socialisatie van je pup?

Honden gaan door twee socialisatiefases in hun puppytijd. De eerste fase wordt de primaire socialisatieperiode of de eerste socialisatiefase genoemd. Deze fase vindt plaats als de puppy tussen 4 en 12 weken oud is. De tweede fase wordt de secundaire socialisatieperiode of de tweede socialisatiefase genoemd. Die start meteen na de eerste socialisatiefase vanaf 12 weken en duurt totdat de puppy ongeveer 6 maanden oud is [1] [3] [6] [7] [8] [11] [12] [14] [15] [16] [17] [18] [19] [20] [21].

De socialisatiefases zijn een heel belangrijke periode in het leven van een hond. De hersenen zijn zo geprogrammeerd, dat de puppy’s zeer veel leren. Indrukken die de pup in de socialisatiefases opdoet zal hij nooit meer vergeten en zijn een soort blauwdruk voor de rest van zijn leven [19]. Als eigenaar wil je proberen ervoor te zorgen dat alle indrukken die de pup dan opdoet, positieve indrukken zijn.

Socialiseren betekent dat je je hond leert omgaan met mensen, dieren en situaties. Onvoldoende socialisatie kan leiden tot angsten, agressie, prooi van gedrag (bijvoorbeeld naar katten en kleine huisdieren), een overgevoeligheid voor prikkels en overactief gedrag rondom bepaalde prikkels. Goede socialisatie is essentieel om je hond te laten uitgroeien tot een stabiele, volwassene hond.

Socialisatie begint al bij de fokker

Een goede fokker houdt rekening met de socialisatieperiode van puppy’s. Door de puppy’s in een huiselijke omgeving te laten verblijven voor minimaal enkele periodes per dag wennen de puppy’s aan normale huiselijke geluiden. Denk aan geluiden zoals een vaatwasser, rammelend bestek, de stofzuiger, enz. De fokker zal de puppy’s laten kennis maken met diverse ondergronden zoals laminaat, tapijt, gras, straatstenen (in de tuin). Ook zullen de puppy’s zowel binnen als buiten ervaringen kunnen wennen aan nieuwe geuren, geluiden en beelden. Het is goed als de puppy’s al wennen aan het om hebben van een halsbandje en zelfs korte stukjes buiten aan een riem lopen. Zo maken ze kennis met de buitenwereld: voorbijgangers, auto’s, fietsers, joggers, koeien, schapen en meer. Vraag aan de fokker of er dingen zijn die je pup wel of niet leuk en eng vindt. Hier kan jij rekening mee houden als je de pup in huis hebt.

Leeftijdsfases waarmee je puppy in aanraking komt tijdens het opgroeien.
De fases waar je puppy van 0 tot 6 maanden doorheen gaat

Waarmee moet ik mijn puppy socialiseren?

Ook wanneer de puppy bij jullie komt gaat de socialisatieperiode door. Komt je puppy bij jullie als hij tussen de 8 en 12 weken is, is het zeer belangrijk dat je je puppy gaat socialiseren. Laat je puppy in de leeftijd tot 6 maanden weken minimaal 3 tot 5 keer kennismaken per prikkel waarmee je je puppy wilt socialiseren. Om ideeën op te doen, waarmee je de je pup kan socialiseren, kan je een socialisatielijst bekijken. Bij de Puppy Workshop en Puppycursus van PawFive krijg je o.a. een socialisatielijst om je op weg te helpen. Het is echter belangrijk om te weten dat je je puppy niet met alles en ook niet met zoveel mogelijk hoeft te socialiseren. Kies een aantal mensen, dieren en situaties uit die belangrijk zijn voor jullie en die je puppy later veel zal tegenkomen.

Laat de pup bijvoorbeeld wennen aan kinderen, oudere mensen, mensen met een andere huidskleur, mensen met een wandelstok en in een rolstoel. Laat de pup eventueel wennen aan andere dieren (koeien, paarden, geiten, schapen e.d.). Neem je pup mee naar mee naar allerlei situaties, bijvoorbeeld een winkelstraat, een winkelcentrum, de markt, het station. Ga een stukje met de bus en de trein.

Woon je midden in de stad, dan moet je je puppy in ieder geval socialiseren met fietsers, auto’s, brommers, scooters, kinderwagens, mensenmenigtes, winkelstraten, etc. Echter kan het slim zijn om ook eens langs de kinderboerderij te gaan. Je weet nooit hoe de toekomst loopt en wie weet ga je over 5 jaar meer landelijk wonen. Of zal je hond bij een nieuwe eigenaar terecht komen die op een boerderij woont. Het is dan handig als je hond al enigszins bekend is met andere diersoorten.

Woon je op een boerderij? Denk dan aan zaken zoals verschillende boerderijdieren, tractoren, de postbode, bezoekers die op het erf mogen komen en meer. Ook dan is het echter belangrijk om je puppy ook deels te socialiseren met zaken die jullie wellicht minder vaak zullen tegenkomen. Ook hier geldt dat je nooit weet hoe de toekomst voor jou en je hond eruit ziet. Gebruik deze beperkte periode zo goed mogelijk om je hond met verschillende zaken te socialiseren. Jij en je hond zullen de rest van zijn leven er profijt van hebben.

Socialiseren met andere honden

Belangrijk is ook het kennismaken met andere honden. Denk hierbij aan andere pups, volwassen honden, oudere honden, honden van andere rassen, kleine honden, grote honden, kortharige honden, langharige honden, honden met krullen. Wees hierbij wel voorzichtig, want je wilt voorkomen dat je puppy een trauma oploopt. Vaak is het verstandig om je puppy te laten kennis maken met stabiele, oudere honden. Zo doet je puppy positieve ervaringen op met andere honden die het goede voorbeeld laten zien aan je pup. Je pup meenemen naar een hondenspeeltuin kan leuk en schattig lijken. Echter wil je niet dat je dat er een groep volwassen honden dolenthousiast tegelijkertijd met z’n allen op een puppy duiken. Dit kan een heel enge ervaring zijn voor een puppy. Bovendien kan de puppy onbedoeld gewond raken.

Wees voorzichtig bij het kennismaken met andere puppy’s. Let goed op dat de puppy’s aan elkaar gewaagd zijn en beide een plezierige kennismaking hebben. Als de ene puppy te wild speelt voor de andere puppy kan dit tot een negatieve ervaring leiden. Ook kan het wat intimiderend zijn voor een puppy van 5 kilo als een enthousiaste puppy van 20 kilo goedbedoeld begint te stoeien met hem. Doordat puppy’s nog veel omgangsvormen moeten leren, moet je extra goed opletten bij kennismakingen met andere puppy’s. Doordat veel beginnende hondeneigenaren niet altijd goed kunnen inschatten wanneer iets te veel is voor een puppy, of wanneer de omgang niet in balans is wordt soms ook afgeraden om je puppy met andere puppy’s te laten kennismaken of spelen. Dit dient wel gedoseerd te gebeuren in het begin. Ze worden erg moe van al die indrukken. 

Hoe moet ik het socialiseren aanpakken?

Laat je puppy van afstand kennismaken en op eigen initiatief toenadering zoeken. Ga je je puppy socialiseren let dan goed op zijn lichaamshouding. Hieraan kun je snel aflezen of je puppy de situatie aan kan. Merk je dat hij iets spannend vindt, haal je puppy dan uit de situatie of vergroot de afstand tot hetgeen wat je puppy spannend vindt. Als puppy erg tegen je been aankruipt, zijn staart of hele lichaam omlaag doet of zelfs begint te trillen, haal je puppy dan direct uit de situatie of vergroot de afstand. Je puppy vind de situatie dan erg spannend. Dwing je puppy niet om dichterbij een prikkel te komen, omdat op die manier angst kan ontstaan bij de puppy.

Als de afstand tot hetgeen waar je puppy bang voor is groter wordt, dan zal je pup waarschijnlijk weer ontspannen. Je oefent dan eerst op grote afstand met hetgeen wat je puppy zo spannend vindt. Oefen later of op andere dagen weer met een soortgelijke situatie van grote afstand. Langzaam kijk je of je de afstand tot de situatie kan verkleinen, zónder dat je puppy het spannend vind. Let hierbij goed op de lichaamstaal van je puppy.

Angstfase

Tot aan 8-12 weken vinden puppy’s alles erg interessant en zullen ze vanuit nieuwsgierigheid uit zichzelf nieuwe situaties opzoeken [2] [4] [5] [9] [10] [13] [15] [17] [22]. Ze benaderen nieuwe situaties nieuwsgierig, onbevangen en zonder angst. Het wordt allemaal als normaal beschouwd. Afhankelijk van de pup zal tussen 8 en 12 weken de natuurlijke reserve op gang komen. De eerste angstfase begint dan. De puppy wordt terughoudender of angstiger voor onbekende zaken. Onprettige ervaringen zijn niet erg: die horen immers bij het leven. Ook bij het leven van een pup. Je pup kan daarvan leren.

Let echter goed op dat je pup geen trauma’s krijgt. Ter voorbeeld: stel je puppy speelt met een volwassene hond en bijt de hond iets te hard. Een stabiele, volwassene hond zal kunnen reageren met een flinke grauw, een zachte beet of de puppy even tegen de grond duwen. Zolang dit binnen acceptabele maatstaven gebeurt, kan dit een goede levensles voor je puppy zijn. Je puppy leert dat hij volgende keer niet zo hard moet bijten. Reageert de volwassene op een veel te heftige manier, de zelfs binnen hondentaal veel te ver gaat? Dan kan je puppy een trauma oplopen en gedragsproblemen ontwikkelen. Zo kan de pup erg angstig worden voor andere honden of (angst)agressie naar honden ontwikkelen.

Voldoende rust is heel belangrijk

Geef de puppy voldoende rust in deze periode. Rust is belangrijk om alles te verwerken. Alles is nieuw voor de pup. In de primaire socialisatie periode is één nieuwe ervaring van slechts 5 tot 10 minuten per dag voldoende. Jonge puppy’s zijn emotioneel snel uitgeput en kunnen beperkt indrukken opnemen. Het is vaak al voldoende om de dingen te doen, die je normaal ook doet.

Als je hond in de eerste socialisatieperiode 3 tot 5 keer kennis heeft gemaakt met o.a. katten en kinderen, moet hij in de tweede socialisatieperiode ook contact blijven houden met katten en kinderen. Dit hoeft niet dagelijks, maar wel met enige regelmaat. In de secundaire socialisatie periode herhalen we alle dingen waar we de pup in de primaire socialisatie periode kennis mee hebben laten maken en breiden deze dingen uit. Nu kunnen we meerdere situaties achter elkaar plakken. Je gaat bijvoorbeeld een stukje met de bus en loopt een stukje door de winkelstraat. Doe dit echter nog steeds met mate en kijk goed naar de signalen van je puppy. Signalen zoals langzamer lopen of niet meer verder willen lopen, vaak gapen, wallen onder de ogen laten zien dat de puppy moe wordt en rust nodig heeft.

Samenvattend

Kortom, een goede socialisatie is essentieel om je hond te laten uitgroeien tot een stabiele, volwassene hond. Investeer je nu tijd en energie in het goed socialiseren van je puppy zullen jullie er samen jarenlang profijt van hebben.

Heb je verdere vragen over socialisatie van honden of loop je zelf ergens tegenaan met het socialiseren van je puppy? Neem contact met ons op, zodat we kunnen kijken hoe PawFive je kan helpen.

Bronvermelding

Tijdens het schrijven van dit artikel zijn de volgende bronnen gebruikt:

  1. Ashmead, D. H., Clifton, R. K., & Reese, E. P. (1986). Development of auditory localization in dogs: Single source and precedence effect sounds. Developmental Psychobiology, 19(2), 91–103. https://doi.org/10.1002/dev.420190202
  2. Cairns, R.B. & Werboff, J., (1967). Behaviour development in the dog: An interspecific analysis. Science, 158(3804), pp. 1070-1072.
  3. Fox, M.W., (1964). The ontogeny of behaviour and neurologic responses in the dog. Animal Behaviour 12, 301-310. https://doi.org/10.1016/0003-3472(64)90016-8
  4. Fox, M.W., & Stelzner, D. (1966). Behavioural effects of differential early experience in the dog. Animal Behaviour, 14(2), 273-81. https://doi.org/10.1016/S0003-3472(66)80083-0
  5. Fox, M.W., & Stelzner, D. (1966). Approach/withdrawal variables in the development of social behaviour in the dog. Animal Behaviour, 14(2-3), 362-366. https://doi.org/10.1016/S0003-3472(66)80098-2
  6. Fox, M. W. (1968). Neuronal development and ontogeny of evoked potentials in auditory and visual cortex of the dog. Electroencephalography & Clinical Neurophysiology, 24(3), 213–226. https://doi.org/10.1016/0013-4694(68)90002-3
  7. Fox , M.W., Inman, O., & Glisson, S. (1968). Age differences in central nervous effects of visual deprivation in the dog. Developmental Psychobiology, 1(1), 48-54. https://doi.org/10.1002/dev.420010110
  8. Fox, M.W., & Weisman, R., (1970). Development of responsiveness to a social releaser in the dog: effects of age and hunger. Developmental Psychobiology, 2(4), 277-280. https://doi.org/10.1002/dev.420020414
  9. Freedman, D.G., King, J.A., & Elliot, O., (1961). Critical period in the social development of dogs. Science, 31,133 (3457):1016-7. https://doi.org/10.1126/science.133.3457.1016
  10. Hess, E. H. (1959). Imprinting. Science, 130, 133-141. https://doi.org/10.1126/science.130.3368.133
  11. James, W.T., & Cannon, D.J., (1951). Conditioned Avoiding Response in Puppies. American Journal of Physiology-Legacy Content, 168(1), 251-253. https://doi.org/10.1152/ajplegacy.1951.168.1.251
  12. Jones, A.C., (2007). Sensory development in puppies (Canis lupus f. familiaris): Implications for improving canine welfare. Animal Welfare, 16(3):319-329
  13. Lord, K., (2012). A Comparison of the Sensory Development of Wolves (Canis lupus lupus) and Dogs (Canis lupus familiaris). Ethology, 119(2), 110-120. https://doi.org/10.1111/eth.12044
  14. Rheingold, H. L. (Ed.). (1963). Maternal behavior in mammals. Wiley.
  15. Scott, J. P., & Marston, M.-V. (1950). Critical periods affecting the development of normal and mal-adjustive social behavior of puppies. The Pedagogical Seminary and Journal of Genetic Psychology, 77, 25–60. https://doi.org/10.1080/08856559.1950.10533536
  16. Scott, J. P. (1958). Critical periods in the development of social behavior in puppies. Psychosomatic Medicine, 20, 42–54. https://doi.org/10.1097/00006842-195801000-00005
  17. Scott, J.P., & Fuller, J.L. (1965). Genetics and the social behavior of the dog. University of Chicago Press: Chicago.
  18. Scott, J.P., (1968). Early Experience and The Organization of Behaviour. Brooks/ Cole Publishing Co.
  19. Scott, J. P., Stewart, J. M., & de Ghett, V. J. (1974). Critical periods in the organization of systems. Developmental Psychobiology, 7(6), 489-513. https://doi.org/10.1002/dev.420070602
  20. Strain, G.M., Tedford, B.L., & Jackson, R.M., (1991). Postnatal development of the brain stem auditory-evoked potential in dogs. American Journal of Veterinary Research, 52(3):410-5
  21. Wells, D. L., & Hepper, P. G. (2006). Prenatal olfactory learning in the domestic dog. Animal Behaviour, 72(3), 681–686. https://doi.org/10.1016/j.anbehav.2005.12.008
  22. Wright, J. C. (1983). The effects of differential rearing on exploratory behavior in puppies. Applied Animal Ethology, 10(1-2), 27–34. https://doi.org/10.1016/0304-3762(83)90109-8

Puppycursus: Alles wat je moet weten

Je hebt net een pup gekregen. Als trotse honden eigenaar wil je je pup uiteraard goed opvoeden en trainen. Een puppycursus kan je hierbij helpen. In dit artikel gaan we in op waarom een puppycursus raadzaam is en waar je op moet letten bij het kiezen van een puppycursus.

Waarom een puppycursus?

Als het goed is zal je nieuwe pup de komende 10, 15 jaar of misschien zelfs langer een grote rol in je leven spelen. Je wilt dit een zo’n plezierig mogelijke tijd maken, zowel voor jou als je hond. Jullie zullen samen een heleboel meemaken, zowel in huis als buitenshuis. Het loont ontzettend om goed te investeren in de opvoeding en training van je hond. Met training zal de gehoorzaamheid van je hond verbeteren. [18] Door goed te leren samenwerken en elkaar te leren begrijpen kunnen een heleboel gedragsproblemen bij honden worden voorkomen.

Je kan het opvoeden van een puppy bijna vergelijken met het opvoeden van kinderen. het kost allebei namelijk veel tijd, geld en energie. Je krijgt er echter enorm veel voor terug: een trouwe, liefdevolle kameraad voor wie jij de hele wereld bent. Wij raden sterk aan dat je snel start met een training, nadat je je pup gekregen hebt. Dit komt omdat, net zoals bij kinderen, de eerste paar weken en maanden essentieel zijn voor de opvoeding.

Hoe ontwikkelt je puppy zichzelf tijdens een puppycursus?

Tijdens de puppycursus zal je puppy zichzelf razendsnel ontwikkelen. Je pup leert veel en komt snel in belangrijke fases terecht. Het verkeerd omgaan met bepaalde fases kan gedragsproblemen in de toekomst veroorzaken. Hieronder een overzicht waar je puppy doorheen gaat gedurende de puppycursus tijd.

Ontwikkeling van pup tijdens een puppycursus
De fases waar je puppy van 0 tot 6 maanden doorheen gaat

Socialisatiefases

Als het goed is, krijg je je pup na ongeveer 7 á 8 weken van de fokker. Een puppy eerder weghalen bij zijn moeder en nestgenoten is niet goed voor de ontwikkeling van je pup. In de 7e en 8e week zit je puppy midden in de eerste socialisatiefase. Je puppy zit ook in een ontdekkingsfase en zal zeer nieuwsgierig zijn. Het is belangrijk dat je gedurende deze fases je pup kennis laat maken met meerdere nieuwe ervaringen en prikkels. Vanaf 12 weken tot 6 maanden volgt een tweede socialisatiefase, waarin socialiseren erg belangrijk blijft. [1] [4] [5] [6] [7] [9] [10] [12] [13] [14] [15] [16] [17] [20] [21] Een puppycursus kan bijdragen aan de socialisatie van je hond. [19]

Angstfases

Je puppy zal ook door meerdere angstfases gaan. Wees niet ongerust als je held in deze fases verandert in een held op sokken. Vanaf 8 weken zal je puppy vermijding beginnen te laten zien richting onbekende voorwerpen en situaties. De pup zal niet meer zo nieuwsgierig en onbevreesd zijn. De natuurlijke vluchtneiging ontwikkelt zich.

De hersenen koppelen angst aan nare ervaring. Het is belangrijk dat je er bent voor de pup in deze fase. Vanaf 12 weken zullen de meeste puppy’s in de eerste angstfase zitten. Goede begeleiding van de puppy tijdens de angstfase, kan trauma’s en angstproblemen voorkomen. Een hondenschool kan je vragen die ontstaan in deze tijd beantwoorden.

De puppycursus

Het beste is om vroeg te beginnen met een puppycursus. Bij de meeste hondenscholen kan je starten met een puppycursus, vanaf het moment dat je puppy 8 weken oud is en ingeënt is. Wat je leert in een puppycursus verschilt per hondenschool. Dit komt omdat er maar beperkt tijd is en er veel dingen geleerd kunnen worden. Over het algemeen raden wij sterk aan de je hondenschool minimaal het volgende leert:

Aandachtsoefening

Met de aandachtsoefening zal je in staat zijn om de aandacht van je hond te krijgen, ook in moeilijke situaties. Bijvoorbeeld als er een jogger of fietsers langskomt en je hond die wel erg interessant blijkt te vinden.

Kom Hier

Met een ‘kom hier’ commando zorg je ervoor dat je hond altijd terug bij jou komt. Niet alleen wanneer het handig is, maar ook in noodgevallen waarbij veiligheid een grote rol speelt.

Lopen met een slappe lijn

Erg fijn voor je eigen comfort, maar ook dat van je hond. Nu is je puppy misschien nog niet zo sterk. Je hond zal groeien en groter worden. Als je hond volwassen is kan het behoorlijk vervelend zijn om wandelingen te maken met een trekkende hond. Bovendien kan het pijn veroorzaken aan je spieren, gewrichten en ledematen. Bovendien is zo’n constante druk ook niet goed voor het hondenlijf.

Blijf of wacht

De ‘blijf’  of ‘wacht’ kan een leuke oefening zijn, maar ook goed van pas komen bij onveilige situaties. Stel, er valt een glas en je hond is dicht in de buurt. In dit geval is het handig als je je hond op een plek kan laten wachten, zodat je snel alles kan opruimen en je hond geen glas in de poten krijgt. Een ander voorbeeld waar de ‘wacht’ veel wordt gebruikt, is voordat jullie een straat oversteken.

Begroeting

Het is vervelend als je hond hyperactief is als er iemand op bezoek komt. Je wil niet dat je hond tegen mensen opspringt. Het trainen van een begroeting zorgt ervoor dat je geen stress hebt als er visite langskomt of jullie op straat met iemand in gesprek raken.

Samen spelen & Los

Je moet samen plezier met je hond kunnen hebben. Bij deze oefening leer je niet alleen samen spelen, maar leert je hond ook om iets los te laten op commando. Bijvoorbeeld een touw of bal.

Verzorgingsoefeningen

Soms zullen er handelingen bij je hond moeten worden gedaan, die zonder training erg eng voor een hond kunnen zijn. Het is verstandig om de hond van jongs af aan te leren dat je soms zijn tanden, bek, oren en ogen wilt bekijken. Wen je hond eraan dat zijn poten, staart of buik aangeraakt worden. In gevallen van nood moet de dierenarts alles bij je hond kunnen doen. Het is heel fijn als je hond dan niet in paniek raakt, maar weet dat dat normaal is. Ook is goed om je hond te laten wennen aan tanden poetsen, nagels knippen en borstelen. Zeker bij honden die later naar de trimsalon zullen gaan, zijn bepaalde handelingen goed om van jongs af aan te leren.

Naast deze oefeningen, raden wij een puppycursus aan die socialisatie oefeningen bevat. waarbij je hond dus socialiseert met bepaalde mensen of voorwerpen. Denk aan iemand met een paraplu, hoed, sjaal of zonnebril die voorbij loopt.

Locatie hondenschool PawFive: Landgoed Beukbergen

Hondenschool die bij jou past

Naast de standaard oefeningen kan je ook andere dingen leren bij een hondenschool. Dit verschilt per hondenschool. Uiteraard is het belangrijk dat je een school vindt die bij jou past. Hieronder hebben we nog een aantal punten beschreven waar je op kan letten bij het kiezen van een hondenschool.

In de buurt

Het is handig als de hondenschool dicht bij je in de buurt is. Laat dit echter niet de belangrijkste factor zijn bij het kiezen van een hondenschool. Een reistijd van 30 minuten kan lang zijn, maar een goede hondenschool is dit zeker waard.

Positief trainen

Er zijn helaas nog steeds hondenscholen die gebruik maken van training met intimidatie en fysieke correcties. De focus ligt op corrigeren van ongewenst gedrag en het straffen van de hond. Wetenschappelijke onderzoeken hebben aangetoond dat dit soort trainingsmethodes schadelijk zijn voor het gedrag, de ontwikkeling en het welzijn van je hond. [2] [22] De honden die op deze manier worden getraind laten meer angstgerelateerd en agressief gedrag zien en minder gedrag wat op een gelukkig hond wijst. [3] [8] [22]

Het heeft ook een negatief effect op de band tussen honden en hun eigenaar. [22] Diverse wetenschappelijke onderzoeken hebben inmiddels bewezen dat positieve training beter is voor het welzijn van de hond. [11] [22] Bij positieve training focus je op het aanleren en belonen van gewenst gedrag. Kies een hondenschool die traint volgens positieve training, zodat je de band en samenwerking met je hond kan verbeteren.

Vervolgtraject

De puppycursus is de eerste training die je samen doet met je nieuwe pup. Het vormt de basis voor de toekomst. Bekijk ook wat het mogelijke vervolgtraject is. Vaak bieden hondenscholen nog een basis- of vervolgcursus aan. Daarna kan je met je hond een specialisatie volgen zoals Gehoorzaamheid, Agility of Behendigheid. Hier kan je samen met je hond veel plezier mee beleven.

Prijs, aantal lessen en lesduur

Bekijken uit hoeveel lessen de puppycursus bestaat en hoeveel de cursus kost. Kijk ook hoe lang een les duurt: is dit bijvoorbeeld 30, 45 of 60 minuten? Zo voorkom je dat je bij het vergelijken van puppycursussen appels met peren gaat vergelijken.

Groepsgrootte

Het is belangrijk om even stil te staan bij het aantal deelnemers dat wordt toegelaten aan de puppycursus. Met een groep van 10 mensen in 1 uur krijg je weinig één op één aandacht. Hondenschool met kleinere groepen kunnen jou en je hond meer aandacht geven.

Veiligheid & Socialisatie

Last but not least, de veiligheid van jouw hond en die van anderen is belangrijk. Het is verstandig om soms te vragen wie verantwoordelijk is voor de veiligheid van de puppy’s. Welke regels er worden aangehouden met betrekking tot houden van afstand tussen de puppy’s of het wel/ niet begroeten tussen de honden? Zijn er wel of geen speelmomenten voor de pups? Zijn dit speelmomenten waarbij alle pups door elkaar mogen spelen, ongeacht hun karakter, grootte en omgangsvormen? Of worden er speelmomenten gekozen waarbij 2 of 3 pups maximaal tegelijk mogen spelen onder toezicht en begeleiding van een hondentrainer?

Naast al deze punten waar je op kan letten, raden we je sterk aan om een hondenschool te kiezen waar jij je goed bij voelt. Ga een keer kijken bij een les (zonder puppy) als dat mag.

Samenvattend

Ben je benieuwd naar de puppycursus van PawFive of wil je bij een van onze andere groepslessen meekijken? Neem contact met ons op, zodat we kunnen kijken hoe PawFive je kan helpen.

Bronvermelding

Tijdens het schrijven van dit artikel zijn de volgende bronnen gebruikt:

  1. Ashmead, D. H., Clifton, R. K., & Reese, E. P. (1986). Development of auditory localization in dogs: Single source and precedence effect sounds. Developmental Psychobiology, 19(2), 91–103. https://doi.org/10.1002/dev.420190202
  2. Blackwell, E.J., Twells, C., Seawright, A. & Casey, R.A. (2008). The relationship between training methods and the occurrence of behavior problems, as reported by owners in a population of domestic dogs. Journal of veterinary behavior, 3, 207-217. https://doi.org/10.1016/j.jveb.2007.10.008
  3. Deldalle, S. & Gaunet, F. (2014). Effects of 2 training methods on stress-related behaviors of the dog (Canis familiaris) and on the dog–owner relationship. Elsevier, 9, (2), 58-65. https://doi.org/10.1016/j.jveb.2013.11.004
  4. Fox, M.W., (1964). The ontogeny of behaviour and neurologic responses in the dog. Animal Behaviour 12, 301-310. https://doi.org/10.1016/0003-3472(64)90016-8
  5. Fox, M. W. (1968). Neuronal development and ontogeny of evoked potentials in auditory and visual cortex of the dog. Electroencephalography & Clinical Neurophysiology, 24(3), 213–226. https://doi.org/10.1016/0013-4694(68)90002-3
  6. Fox, M.W., Inman, O., & Glisson, S. (1968). Age differences in central nervous effects of visual deprivation in the dog. Developmental Psychobioloy, 1(1), 48-54. https://doi.org/10.1002/dev.420010110
  7. Fox, M.W., & Weisman, R., (1970). Development of responsiveness to a social releaser in the dog: effects of age and hunger. Developmental Psychobioloy, 2(4), 277-280. https://doi.org/10.1002/dev.420020414
  8. Herron, M.E., Frances S. & Reisner, I.R. (2009). Survey of the use and outcome of confrontational and non-confrontational training methods in client-owned dogs showing undesired behaviors. Appl Anim Behav Sci; 117; 47-54. https://doi.org/10.1016/j.applanim.2008.12.011
  9. James, W.T., & Cannon, D.J., (1951). Conditioned Avoiding Response in Puppies. American Journal of Physiology-Legacy Content, 168(1), 251-253. https://doi.org/10.1152/ajplegacy.1951.168.1.251
  10. Jones, A. C. (2007). Sensory development in puppies (Canis lupus f. familiaris): Implications for improving canine welfare. Animal Welfare, 16(3), 319–329.
  11. Rayment, D. J., De Groef, B., Peters, R. A., & Marston, L. C. (2015). Applied personality assessment in domestic dogs: Limitations and caveats. Applied Animal Behaviour Science, 163, 1–18. https://doi.org/10.1016/j.applanim.2014.11.020
  12. Rheingold, H. L. (Ed.). (1963). Maternal behavior in mammals. Wiley.
  13. Scott, J. P., & Marston, M.-V. (1950). Critical periods affecting the development of normal and mal-adjustive social behavior of puppies. The Pedagogical Seminary and Journal of Genetic Psychology, 77, 25–60. https://doi.org/10.1080/08856559.1950.10533536
  14. Scott, J. P. (1958). Critical periods in the development of social behavior in puppies. Psychosomatic Medicine, 20, 42–54. https://doi.org/10.1097/00006842-195801000-00005
  15. Scott, J.P., & Fuller, J.L. (1965). Genetics and the social behavior of the dog. University of Chicago Press: Chicago.
  16. Scott, J.P., (1968). Early Experience and The Organization of Behaviour. Brooks/ Cole Publishing Co.
  17. Scott, J. P., Stewart, J. M., & de Ghett, V. J. (1974). Critical periods in the organization of systems. Developmental Psychobiology, 7(6), 489-513. https://doi.org/10.1002/dev.420070602
  18. Seksel, K., Mazurski, E. J., & Taylor, A., (1999). Puppy socialization programs: short and long term behavioural effects. Applied Animal Behaviour Science, 62(4), 335-359. https://doi.org/10.1016/S0168-1591(98)00232-9
  19. Seksel, K., (2008). Preventing Behavior Problems in Puppies and Kittens. Veterinary Clinics of North America Small Animal Practice 38(5), 971-82. https://doi.org/10.1016/j.cvsm.2008.04.003
  20. Strain, G.M., Tedford, B.L., & Jackson, R.M., (1991). Postnatal development of the brain stem auditory-evoked potential in dogs. American Journal of Veterinary Research, 52(3):410-5
  21. Wells, D. L., & Hepper, P. G. (2006). Prenatal olfactory learning in the domestic dog. Animal Behaviour, 72(3), 681–686. https://doi.org/10.1016/j.anbehav.2005.12.008
  22. Ziv, G., (2017). The Effects of Using Aversive Training Methods in Dogs – A Review. Journal of Veterinary Behavior, 19, 50-60. https://doi.org/10.1016/j.jveb.2017.02.004

Een hondenschool openen in Corona-tijd

Foto van Masha, Boris & Rosa

Je hoort de laatste tijd steeds meer verhalen van hondenscholen die ineens opduiken tijdens de Corona-tijd. De hondenscholen die inspelen op de hype van de zogenoemde ‘Corona-puppy’s.’ De scholen die door ongecertificeerde instructeurs, ondoordacht uit de grond worden gestampt.

De opportunistische hondenscholen die gebruik maken van het feit dat kwalitatief goede hondenscholen volgeboekt zitten. Vooralsnog lijken dit meer broodje-aapverhalen te zijn, dan de werkelijkheid. Er lijken geen aanwijzingen te zijn dat de markt inderdaad op grote schaal wordt overspoelt met onprofessionele, snel opgezette hondenscholen. Dit is niet het verhaal van een hondenschool die zeer recent is bedacht en in de markt wordt gezet. Dit verhaal begint al in 2016. Dat jaar ontwaakte grote liefde voor honden van Masha Gubkina, oprichtster van PawFive.

Het begon met een burn out

Masha Gubkina (BSc, MSc) vertelt: “Het begon allemaal met een burn-out. Ik werkte enkele jaren in de hr consultancy en werd volkomen onverwacht arbeidsongeschikt. Ineens kreeg ik een sterke behoefte om in het bijzijn van honden te zijn. Honden van andere mensen uitlaten leek me een mooie tijdsbesteding. Daar kwam al gauw oppassen op honden bij. Ik kreeg een aantal vaste oppas- en uitlaathonden, die me allemaal iets anders leerden. Zo begon mijn avontuur in de wereld van honden.” Na een tijdje leek het haar interessant om kennis te maken met een bekende hondentrainer uit Delft.

Zo gezegd, zo gedaan. Ze kon mee als assistent naar afspraken met klanten, waarin hij één op één honden trainde. Deze hondentrainer was een autodidact: hij leerde alles zelf door honden te observeren. Na een tijdje kreeg Masha meer behoefte aan de theorie achter de praktijk. Ze zegt hierover: “Onderwijs, bijscholing en informatiedeling heb ik altijd heel belangrijk gevonden. Daarom startte ik met een opleiding tot Kynologisch Instructeur. Vanaf 2019 begon ik ook met een stage en vrijwilligerswerk bij hondenschool OhMyDog.”

Een carrière switch

Ondertussen besefte Masha dat ze een carrière switch wilde gaan maken. Ze vertelt: “Ongeveer twee jaar geleden begon ik een bedrijfsplan te schrijven voor mijn eigen hondenschool. Dit ging met vallen en opstaan. Een burn-out dwingt je om pauzes te nemen, om alles in een langzamer tempo te doen dan dat je gewend bent of zou willen. Het was een project waar soms pauzes van maanden of weken in zaten.

Het plan begon echter steeds meer vorm te krijgen. Als onderdeel van het bedrijfsplan had ik een concurrentieanalyse gemaakt. Ik had andere hondenscholen, -diensten en -trainers in kaart gebracht in regio Delft, waar ik toen woonde. In het voorjaar werd het tijd om te verhuizen. Eén van de factoren waar ik rekening mee hield in de zoektocht naar een nieuwe woning, was of het een gunstige omgeving was om een hondenschool te openen. Ik maakte concurrentieanalyses voor diverse regio’s. De vooruitzichten om in Zeist een hondenschool te openen zagen er goed uit. De beslissing werd gemaakt: we gaan naar Zeist!”

De eerste Corona maatregelen

Ondertussen deed Corona zijn intrede in de maatschappij. In het begin merkte Masha er nog relatief weinig van. “Ik gaf inmiddels al les bij OhMyDog. De eerste impact Corona voelde ik in het voorjaar 2020. Zoals velen wellicht nog zullen herinneren gingen scholen, kinderdagverblijven en nog veel meer organisaties sluiten. Dit zou minstens tot 6 april gaan duren. Ook de hondenschool besloot om te sluiten. Erna werd telkens gekeken of de aanvullende maatregelen gewijzigd konden worden. De blijdschap was groot toen de maatregelen versoepelt werden. Per 1 juni kon de hondenschool weer open. Vanwege de verhuizing ging ik stoppen met lesgeven bij de hondenschool. De cursus zou eindigen in juni, maar dit werd uiteindelijk juli. Natuurlijk wilde ik mijn cursisten wel tot het einde van de cursus begeleiden. Zo schoof mijn planning ook iets op.”

De start van een eigen hondenschool

Vanaf juli kon Masha zich volledig gaan focussen op het openen van een eigen hondenschool. Ze beschrijft het proces: “Ik moest een naam verzinnen voor de hondenschool. Tot mijn verbazing kwam die vrij snel in me op en had ik er daarna ook weinig twijfel over. Het werd: PawFive. Ik schreef me in bij de Kamer van Koophandel. In het begin ben ik me vooral gaan richten op het ontwerpen van cursussen en workshops. Hoe zien de lesplannen eruit? Welke oefeningen komen in welke cursus aan bod? Welke theorie vind ik essentieel om op te nemen in een cursus? Welke informatie wil ik in workshops aanbieden? Daarnaast stortte ik me op nog meer op bijscholing door middel van cursussen, webinars, lezingen en boeken. Per september kwam daar de opleiding Gedragstherapie bij honden bij. Ik ging ook een samenwerking aan met een aantal partners, waaronder Prins Petfoods.”

Eén van de moeilijkste punten bleek het vinden van een geschikte locatie. Zowel het vinden van een binnenruimte als een buitenruimte waar honden zijn toegestaan bleek erg lastig. Masha licht toe: “Vele locaties zoals sportverenigingen stonden er niet voor open, waren te prijzig of te volgeboekt. Wegens Corona moesten verenigingen werken met kleinere groepen en hadden ze hun velden zelf vaker nodig. Het lukte allemaal net niet. Ik begon me af te vragen of het me zou gaan lukken om een plek te vinden waar ik les kon gaan geven. In de zomer kan je nog ’s avonds op een veld lesgeven, met toestemming van de gemeente. Echter was het najaar en het werd steeds eerder donker buiten.”

Een geluk bij een ongeluk

Er kwam verandering toen Masha in contact kwam met de directeur van ‘Stichting tot Steun van de Protestantse Geestelijke Verzorging bij de Krijgsmacht.’ Deze stichting is eigenaar van het Landgoed Beukbergen. Dit landgoed wordt met name gebruikt als conferentieoord voor onderdelen van alle ministeries en overheden. Defensie, Justitie, Brandweer en Politie maken regelmatig gebruik van Beukbergen. Voor de Corona tijd kwamen er dagelijks busladingen vol militairen naar trainingen op het landgoed. In het najaar was het echter ongewoon stil. Masha: “Corona creëerde een kans voor mijn hondenschool, die in normale omstandigheden wellicht niet was ontstaan. Uit een aantal ongebruikte velden mocht ik een veld voor de hondenschool kiezen.”

“Corona creëerde een kans voor mijn hondenschool, die in normale omstandigheden wellicht niet was ontstaan.”

De appelboomgaarde bleek het meest geschikt te zijn voor hondentrainingen. De stichting heeft zelfs extra licht verstralers op de bestaande verlichting geplaatst, zodat het veld ’s avonds voldoende werd verlicht. De hondenschool mag gebruik maken van workshopruimtes en het circa 18 hectare omvattende bosgebied dat behoort tot het landgoed. Voor activiteiten in het bos moet wel rekening gehouden dat de activiteiten niet tegelijk plaatsvinden met activiteiten van het ministerie van Defensie. Hierover zegt Masha: “Een kleine moeite voor zo’n fantastische mogelijkheid.”

Corona & planning

Over de effecten van Corona op haar plannen voor de hondenschool vertelt Masha: “Ik denk graag positief, dus in het begin van het najaar ging ik er nog vanuit dat Corona mijn plannen niet al te veel zou verstoren. Het initiële plan was om per september lessen te gaan geven.” Ondertussen had Landgoed Beukbergen de nodige tijd om de locatie aan te passen aan de nieuwe richtlijnen van het RIVM. Zo werden er vloerstickers aangebracht, barrières geplaatst en minder zitplaatsen gecreëerd in de binnenruimtes.

De planning schoof op richting oktober. Toen werden er nieuwe Corona richtlijnen bekend gemaakt. Buiten mocht met maximaal 4 mensen worden afspreken. Dit gold ook voor trainingen van de hondenschool. Masha deed navraag bij de gemeente Zeist naar de lokale regelgeving. De gemeente bevestigde dat. Masha vertelt: “Dit was in principe geen probleem. Ik zou groepslessen in kleinere groepen gaan geven.

Masha gaat gestaag door met alles tot in de puntjes voor te bereiden voor de opening van PawFive. Meerdere partijen worden benadert voor een samenwerkingsverband. Ze regelt leuke goodies en welkomstpakketten voor de toekomstige cursisten van PawFive. Er werd marketingmateriaal voor PawFive, zoals flyers en posters, ontworpen en besteld. Ondertussen wordt de website gebouwd. Voor extra promotie heeft Masha ook een plan: “Ik ga langs alle dierenwinkels, dierenartsen en trimsalons in de regio om te vertellen over PawFive. Kennismaken, netwerken, eventueel meer samenwerkingen aangaan. Uiteraard neem ik de nieuwe flyers van PawFive mee.” Via haar netwerk werft Masha Gubkina haar eerste collega Maureen Kemeling. Maureen regelt meteen een fotoshoot waarbij er foto’s van Masha, Maureen en hun honden worden gemaakt. De foto’s zijn zowel handig voor de website, als voor een persbericht. Masha vertelt: “Ik besloot een persbericht te schrijven over de nieuwe hondenschool op een unieke locatie. Of dit opgepikt zou worden door regionale media wist ik niet, maar proberen kon geen kwaad.”

Nog meer Corona maatregelen

De opening van de hondenschool kwam steeds dichterbij. Maar hoe positief Masha ook naar dingen kijkt, ze kan niet voorbij de realiteit. En de realiteit is dat er op de persconferentie van 3 november, weer nieuwe Corona-maatregelen bekend gemaakt. Voorlopig mag er buiten niet meer met 4, maar met 2 mensen worden afgesproken. Masha zegt: “Je merkte dat dit een grote impact had op de hondenschool branche. Tot die tijd zag je dat veel hondenscholen in staat waren om op aangepaste, veilige manieren groepslessen te kunnen aanbieden. Er was veel ruimte voor creativiteit en vernieuwing. De groepen werden kleinere gemaakt en velden werden opgesplitst. Met de nieuwe regels kan je alleen privélessen geven en dit is voor veel hondenscholen niet haalbaar. Je ziet voor de 2e keer sinds Corona begon, dat vele hondenscholen hun deuren weer tijdelijk sluiten.” Ook op de plannen voor PawFive heeft dit effect. Masha: “We starten in december met workshops, waarvan we de meeste online gaan aanbieden. We hoopten vanaf januari ook groepslessen te kunnen verzorgen, maar het is echt even afwachten wat er de komende tijd gaat gebeuren.”